interview met Geert door 'coffeeklatch'

7 jul 2013

Ninglinspo

Mijn ogen bevonden zich op ongeveer tachtig centimer boven de grond, het regende onophoudelijk uit loodgrijze wolken, rivieren kolkten vanuit de heuvels tussen de zwerfkeien door, onder het zwaar doorgebogen, in mijn herinnering donkerzwarte lover naar het laagstgelegen punt in de vallei waar ze zich samenvoegden met  de buiten haar oevers tredende  razende stroom slijkwater die met enorme kracht tuinmeubilair en witte caravans richting watervallen sleurde waar ze onder hevig gekraak naar beneden stortten. Door het stijgende water vluchtten de ratten hogerop, zelfs door de eetzaal van het oude hotel liepen ze onder de tafels door, het hele gebouw rook naar vocht en oude gordijnen, de blokken natuursteen van de gevels kleurden donkerblauw en zwart, de ijzeren leuningen van de oevertrappen verroest en scherp. We ontvluchtten onze éénzame opsluiting via modderwegen, m'n jongere zus in de kinderwagen, mijn vroegste herinnering aan natuurgeweld en de onberekenbaarheid van het weer tijdens vakanties in eigen land. Vijfenveertig jaar later bevinden mijn ogen zich hoger, nu ongeveer op honderzeventig centimer boven de uitgedroogde grond, de zon schijnt en alles kleurt frisgroen. De japanse rivier stroomt rustig over de uitgesleten keien en ik vraag me af hoe zo veel schoonheid spontaan kan ontstaan zonder menselijke inbreng of bemoeienis, bedenk dan dat er vijfhonderd miljoen jaar nodig waren voor het water om dit landschap te beeldhouwen en dus tijd zat kreeg om perfectie te creëren, net zoals ik voor de eerste keer van een gast te horen kreeg dat mijn kleine stadstuin getuigt van een slim ontwerp, maar er ook tien jaar over moest doen om een eerste esthetisch evenwicht te vinden. Alles heeft tijd nodig, een oneindigheid die we als geheel nooit kunnen meemaken maar waar we zelf wel bewust nu deel van kunnen uitmaken. Totaal ontzag voor de natuur is een voorwaarde.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten