ik betaal inkom en begeef me door de poort, betreed een groot driehoekig binnenplein met kasseien en rondomrond copiën van een oude Antwerpse stad, trapgevels, vitrines, souvenirshops. De verste punt van het plein is afgeknot zodat een blinde gevel ontstaat die volledig bekleed werd met een gigantische spiegel die de twee aansluitende gevels verlengt, en het plein optisch vergroot. Een oude man met pet houdt een wijnglas water voor zich uit, op zijn schouder zit een vogel met een te grote bek die er van drinkt, een gigantische, overvliegende potvisvogel werpt zijn schaduw over het plein, ik loop de museumgangen door, trap op, trap af, tussen brave toeristen, allen op zoek naar dat ene schilderij, de Dulle Griet van Pieter Bruegel De Oude, dat ik graag wil zien, de verdwaasde mensheid in wanhoop voor de onontkoombare straf. Het lukt me niet en verlaat de namaakstad via de centrale schandpaal op het plein, de zon schijnt, de lucht is ijl en alles gewichtloos.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten