Vandaag is mijn dag niet... of daardoor dan weer wel. Het therapeutische uur gisteren deed me meer slecht dan kwaad, alhoewel ik ondervind dat enkele dagen later mij andere dingen beginnen te dagen omdat ik vanuit de confrontatie nieuwe impulsen kan verzamelen die weerleggen of bevestigen. Dwalend door de stad, koffie drinkend op verschillende plaatsen, kwam ik plots tot het besef dat ik een levende existentiële vraag ben, datgene wat mij onbewust achtervolgt mijn ganse leven lang. Een constante ruis die kost wat kost vermijdt om me vrolijk te voelen of te gedragen. En dat steekt na 51 jaar serieus tegen. Hoe ik mezelf transponeer naar een existentiëel uitroepteken is de uitdaging. En nu ik hier terug in mijn studio zit, mijn schilderijen rondom mij, sigaretten, een nieuwe John Tejada cd op, ramen open en de zon buiten, de kleuren van mijn verfbussen voel ik dat er een serieus intense levensvreugde in mij zit, alsof mijn relatie en andere mensen mij hierin tegenhielden. Dat dit mijn ganse jeugd effectief gebeurde door mijn emotioneel en fysisch agressieve oudste broer, die elke vorm van familiale exclusiviteit of samenhorigheid blokkeerde, zal hoogstwaarschijnlijk mij gevormd hebben in mijn manier van overleven en keuzes maken. Ik vrees dat tijdens mijn verdere leven enkele minder verkwikkende zaken het enkel hebben verergerd. Ik wil er van af, wil ook volop leven, en niet alleen op mezelf, want wie wil er nu een vraag aan zijn tafel. Hoe? Ofwel door therapie te stoppen en vooruit te gaan, het idee dat vandaag door een vriend werd geopperd, ofwel door nog even verder te wroeten tot ik het echt beu ben en inzie dat er niet veel meer tijd rest. Met de hoop dat ik daartoe in staat ben.
Mooi (uitroepteken) en eerlijk..
BeantwoordenVerwijderen